tarieven
lesdagen en lesadressen
vakanties
lesvoorwaarden
over de viool
veelgestelde vragen
nnb
Vioolles en keyboardles
in Gouda en Krimpen
Tel: 0182-524549
over de viool


De viool

afbeelding viool met onderdelen
Noot voor de oplettende lezer: In dit plaatje staat er "brug", maar dit onderdeel heet "kam"

Over de viool

De viool is een snaarinstrument met vier snaren. De klank wordt voortgebracht door de snaren in trilling te brengen met een strijkstok (zie ook arco), of door te tokkelen met de vingers (pizzicato). De houten klankkast dient om het geluid van de trillende snaren te versterken. De viool wordt doorgaans bespeeld door het instrument tussen kin en schouder te klemmen en met de vingers van de linkerhand de snaren af drukken tegen de ebbenhouten toets om zodoende de snaar te verkorten (en dus hoger te doen klinken).

Geschiedenis van de viool

Wie de eerste viool heeft gemaakt is onbekend. Algemeen wordt aangenomen dat de viool rond 1550 in Italië ontstond in de vioolbouwcentra Brescia en Cremona. In de middeleeuwen bestonden er veel verschillende snaarinstrumenten. Sommige werden getokkeld, zoals de luit, andere werden gestreken, zoals de vedel en de rebec, een smal peervormig instrument. Ook de elegante lira da braccio, die al de vorm van de huidige viool had, kan als een voorloper worden beschouwd.

Stemming en klank van de viool

De vier snaren zijn normaliter als volgt gestemd, van laag naar hoog:
g, d1,a1,e2. (Ezelsbruggetje: Grote Dikke Apen Eten)
In sommige gevallen wordt door de componist een afwijkende stemming (ofwel 'scordatura') voorgeschreven.
De G-, D- en A-snaar zijn vaak van kunststof, omwikkeld met metaalfolie en titanium en slechts zelden is sprake van een staalsnaar. De E-snaar is doorgaans van massief metaal. Vroeger werd alleen schapendarm gebruikt. Door de gebrekkige technologie waren snaren moeilijk homogeen te maken, hetgeen de klank negatief beïnvloedde. De tegenwoordige darmsnaren hebben dit nadeel niet meer. Darmsnaren zijn wel gevoeliger voor vocht, zodat de viool sneller ontstemt.

De klank van de viool kan worden verzacht door een sordino (houten of kunststof demper) op de kam te zetten. Voor studiedoeleinden kan men de viool heel zacht laten klinken met een zware metalen demper.

Meestal wordt de viool met de strijkstok bespeeld. Naast de strijktechniek (arco) wordt de viool soms ook pizzicato bespeeld (door met een vinger te tokkelen - meestal met de stok in de hand).
Soms wordt col legno gespeeld door met het hout van de strijkstok op de snaren te 'slaan'.

In orkestwerken zijn meestal twee vioolpartijen aanwezig, de eerste en de tweede viool. Slechts af en toe is een derde vioolpartij aanwezig. De instrumenten zijn identiek, maar de eerste violen krijgen melodieuzere (en vaak wat moeilijkere) partijen te spelen. De altviool is een kwint lager gestemd en heeft meestal een ondersteunende rol.

afbeelding viool en altvioolviool en altviool

Tot de moderne vioolfamilie behoren van (klein naar groot):
  • viool
  • altviool
  • cello
  • contrabas
Oudere viooltypes zijn:
  • viola d'amore
  • viola da gamba
  • violoncello da Spalla






afbeelding onderdelen viool

Onderdelen van de viool

De viool bestaat uit verschillende onderdelen zoals:

  • De klankkast, het belangrijkste onderdeel, om de klank van de snaren goed te laten uitkomen. Bestaat uit bovenblad, onderblad en zijranden.
  • De hals, het deel waarop de zwarte toets zit, waarop de violist zijn vingers plaatst.
  • De krul, het woord zegt het al, een krulvormig stuk aan het uiteinde van de hals. Hij heeft eigenlijk geen waarde voor de klank, maar is een afwerking van de viool voor het oog. Merkwaardig is dat het altijd een krul is, andere vormen zijn zeer zeldzaam.
  • De kinhouder, een onderdeel waar de speler zijn kin op laat rusten. Deze kan van kunststof en van hout zijn. Ook zijn er onderlinge verschillen: De ene zit meer aan de zijkant, andere zitten meer in het midden; dit hangt af van de keuze van de bespeler.
  • Het staartstuk, dit gaat onder het kinstuk door, en zit daar ook vastgemaakt. Op het staartstuk bevinden zich meestal fijnstemmers, om een snaar een fractie te kunnen verhogen of verlagen. Om de viool grover te stemmen gebruikt men de stemknoppen, die voor de krul zitten.
  • De kam, een belangrijk onderdeel, want hier lopen de snaren overheen. Er staat dus ook behoorlijk wat spanning op. Staat de kam scheef dan heeft dat vervelende gevolgen voor de klank en de snaren. De kam brengt de trillingen van de snaren over op de klankkast.
  • De f-gaten zitten aan beide kanten in het bovenblad van de klankkast. Hierdoor kunnen de tonen in de klankkast galmen. Daarnaast bieden ze souplesse aan het bovenblad, zodat deze makkelijker kan trillen.
  • De toets, het zwarte deel op de hals waar de snaren overheen lopen naar de stemknoppen toe. De violist drukt de snaren op de toets om de tonen te verhogen.
  • Het achterblad, dit is de achterkant van de klankkast. Het bestaat uit een of twee delen.
  • De stapel, het stokje in de viool onder de kam, dat zorgt voor de overdracht van de trillingen naar het achterblad.
  • De zangbalk, bevindt zich aan de binnenkant van het bovenblad onder de g-snaar. Geeft het bovenblad daar extra massa voor het zware geluid van de g-snaar.
  • De mensuur is de afstand van de kam tot aan de brug (waar de snaren de krul in lopen).
  • De inleg beschermt de klankkast tegen het inscheuren van beschadigingen.

Vioolbouw

Afmetingen van viool
viooltype maat in cm
4/4 viool 58,4 cm
3/4 viool 55,9 cm
1/2 viool 50,8 cm
1/4 viool 47,0 cm
1/8 viool 41,9 cm
1/16 viool 35,6 cm

Violen (en met name de studieviolen) worden in een aantal maten gebouwd. De hele viool (4/4) is de meest gangbare, kwartviolen en kleiner worden heel weinig gemaakt. De geschikte maat viool voor kinderen kan gevonden worden uit de lengte van de arm: de viool is niet te groot als de volle hand om de krul geslagen kan worden terwijl de viool onder de kin gehouden wordt.

afbeelding vioolvoorkant en zijkant


Het bouwen van een viool vereist veel vakmanschap.
De violen van een aantal oudere vioolbouwers zijn heel beroemd. Deze zijn:
* Stradivarius * Amati * Bergonzi * Guarneri * Gagliano * Ruggiero * Stainer

Moderne ontwikkelingen

Alhoewel de viool een traditioneel instrument lijkt, heeft het een groot aantal veranderingen in de tijd ondergaan. Vele vioolbouwers experimenteerden met eigen ontwerpen met het doel de akoestische eigenschappen van het instrument te ontrafelen. Onderzoek met behulp van dendrochronologie, gaschromatografie en massaspectrometrie laat toe een oud instrument te dateren. Tevens kan men de herkomst en exacte leeftijd van het hout bepalen.
Een recente ontwikkeling is de elektrische viool. Voor versterking wordt ook vaak gebruikgemaakt van een piëzo-element. Dit heeft als voordeel dat het zeer eenvoudig op de kam van de viool aangebracht kan worden. Het past op iedere willekeurige viool en het richt geen schade aan. Eén van de nadelen is dat je niet stil kunt oefenen, omdat de klankkast nog altijd ongewijzigd blijft.
Fender introduceerde in de jaren vijftig de solid body elektrische viool, maar deze werd na enige jaren weer uit de handel genomen wegens gebrek aan populariteit. In de jaren negentig werden er weer elektrische violen geproduceerd door andere fabrikanten.

De kattendarmlegende

Men gebruikt voor de fabricage van moderne vioolsnaren schapendarm, teflon, nylon, perlon, titanium, staal, carbon, zilver, goud of natuurzijde. Veel mensen denken dat vioolsnaren uitsluitend gemaakt zijn van kattendarm. Dat komt door de Engelse vertaling van het woord schapendarm: catgut.

Maten
Voor het onderwijs aan kinderen worden speciale kleinere violen (en cello's) gebouwd. Men spreekt van 1/4, 1/2, 3/4 violen als deze kleinere maten worden bedoeld. Deze instrumenten zijn kleiner, omdat de kinderhand nog geen grote grepen kan uitvoeren. Bij deze kleinere violen worden ook kortere stokken gebruikt.
De geschikte maat viool voor kinderen kan gevonden worden uit de lengte van de arm: de viool is niet te groot als de volle hand om de krul geslagen kan worden terwijl de viool onder de kin gehouden wordt met een gestrekte arm.




De strijkstok

afbeelding strijkstok


Montuur

Onder de montuur vallen alle metalen onderdelen zoals spanschroef, slof en slofring.

Materiaal

Voor de strijkstok wordt meestal braziel en voor duurdere stokken pernambuk gebruikt, maar kunststof en carbonfiber komen ook voor. De montuur kan gemaakt zijn van:

> nikkel
> echt zilver
> goud

Het gewicht van een strijkstok ligt tussen de 56 en 65 gram. Een zwaardere strijkstok geeft meer volume dan een lichtere, maar is lastiger te sturen.

Spanschroef

Met de spanschroef wordt het haarlint van de strijkstok gespannen.

Slof

De slof is meestal gemaakt van ebbenhout, ook kunststof komt voor.
De slofring geleidt het haarlint van de slof.

Haarlint

Het haar van een strijkstok bestaat uit ongeveer 150 paardenharen. Deze haren zijn voorzien van zeer kleine schubben waaraan het hars zich vastzet. Sommige (goedkopere) strijkstokken zijn gemaakt van kunststof haar.
 

 

Hier kunt u klikken voor een prachtig filmpje over vioolbouw